Onverwijld
De hagel en regen striemden recht in mijn gezicht. Ik was halverwege een hardlooprondje en dacht: ‘Ik moet onverwijld naar huis’.
Ondanks dit voornemen, duurde het nog ruim drie kwartier voor ik thuis was. Vervolgens stond ik in minder dan drie minuten onder de douche. Dat dan weer wel.
Onverwijld. Mijn gevecht tegen de elementen bracht deze Polygoonjournaal-term naar boven. Het is het mooiste woord uit het Arbobesluit en heeft synoniemen die je eveneens terug in de tijd werpen: ‘Met gezwinde spoed, terstond, zonder dralen en zelfs oogen blikkelijk’.
Hoofdstuk vier van het Arbobesluit handelt over gevaarlijke stoffen en onverwijld staat onder meer in artikel 4.3. Bij overschrijding van een grenswaarde worden onverwijld doeltreffende maatregelen genomen om de concentratie terug te brengen tot onder die waarde.
Zonder uitstel, dadelijk, onmiddellijk, zo snel mogelijk. Hoewel deze eigentijdse synoniemen iets meer richting geven, blijft onverwijld een subjectief begrip. Ik rende harder dan anders, nam de snelste route terug en toch duurde onverwijld een stuk langer dan ik wilde. Gezwind kon ik mijn tempo niet noemen. Wanneer is de benodigde tijd onverwijld genoeg?
Bij de arbeidshygiënische strategie kennen we, als het gaat om ‘normale’ gevaarlijke stoffen, het redelijkerwijs principe. Neem bronmaatregelen. Als dit redelijkerwijs niet gevergd kan worden, mag een maatregel op collectief niveau worden gekozen. Maar dit redelijkerwijsprincipe geldt niet voor het onverwijld-artikel.
Ik heb zelf al twee keer verhitte discussies meegemaakt rondom het woord onverwijld. Aan beide zijden van de arena. Recent vond ik het niet snel genoeg gaan en in het andere geval was ik van mening dat sneller niet geëist kon worden.
De praktijk is lastig. Gevaarlijke stoffen zijn niet de enige zorg van een bedrijf, elke euro kan maar één keer uitgegeven worden en de tijd van de ‘thin stretched’ arbodeskundigen en managers ook.
Het doel van het wetsartikel laat niets te raden over. Werkenden mogen niet in ongezonde omstandigheden werken. In een ideale wereld zou de arena er anders uitzien. Dan stonden beroepsziekten aan de ene kant en werknemers, werkgevers, flexwerkers, leveranciers, adviseurs, inspecteurs, aandeelhouders, iedereen, aan de andere kant. Dan konden alle betrokkenen zichzelf in de spiegel aankijken en verklaren dat zijn of haar onverwijld niet onverwijlder kon.
Ik mijmer verder over hoe we de ideale wereld kunnen bereiken. Ondertussen stop ik wat kranten in mijn doorweekte schoenen. Opdat ik onverwijld weer kan rennen.
Foto: Dulcey Lima via Unsplash
Directe link naar het wetsartikel: wetten.nl – Regeling – Arbeidsomstandighedenbesluit – BWBR0008498 (overheid.nl)